Tip

Dit is het voorste, naar boven wijzende deel (de neus') van een ski of een snowboard.

Midden

Middelste deel van de ski dat zich onder de binding bevindt (onder de schoen).

Tail

Achterste deel van een ski, snowboard of dergelijke.

Kant

Dit is het metalen gedeelte dat zich aan de zijkanten van het glijvlak van de ski's bevindt. Dankzij dit onderdeel verkrijgt
men een betere grip op harde sneeuw. De kanten worden scherp gehouden door ze te slijpen (regelmatig onderhoud).

Glijvlak

Dit onderdeel vormt de onderkant van de ski en het snowboard. Het maakt het mogelijk om te glijden.
Doorgaans is er een groef in aangebracht om de watercirculatie te bevorderen (residu van het smelten bij het contact met de ski).
Om het glijvlak beter te doen glijden, wordt er koude of warme was op aangebracht.

Kern

Dit situeert zich in het midden van de ski en vervult een belangrijke rol op het gebied van stijfheid en robuustheid.

Snowboarden

Snowboarden is een glijsport die wordt beoefend op de sneeuw met behulp van een plank (board) bevestigd aan de voeten. Deze sport ontstond in Frankrijk in de jaren 1970 en won veel aan populariteit nadat het een olympische sport werd in 1998. In tegenstelling tot bij skiën worden bij het snowboarden de twee voeten vastgemaakt op dezelfde plank. Deze sport vereist daarom een heel bijzondere techniek.

De bindingen verbinden de schoenen van de skiër/snowboarder met de ski's/snowboard.

Bij ski's

Bestaat de binding uit twee delen: het achterste deel blokkeert de schoen via uitoefening van een verticale druk, terwijl het voorste deel de voorkant van de schoen tegenhoudt.
Beide delen zijn uitgerust met een veersysteem dat ervoor zorgt dat de ski's loskomen als u valt.

Bij snowboards

Bestaan er verschillende systemen voor verschillende disciplines.
Maar het basisprincipe is dat de voeten vlak staan en extreem goed zijn vastgemaakt om een maximale druk te kunnen uitoefenen op de kanten.

Taillering

Hieronder wordt verstaan de breedte van de ski gemeten op drie punten: de tip, het midden en de tail.
Hoe meer de lijn gebogen is, hoe groter het verschil tussen de breedte tip-tail en hoe paraboolvormiger de ski.

Radius

Dit is de straal van de cirkel getrokken door de lijn die ontstaat wanneer de taillering van een ski wordt doorgetrokken tot een complete cirkel. De radius is een belangrijk technisch gegeven omdat het een invloed heeft op het gedrag in de bochten. Een rechte ski heeft een grote radius, wat een goede stabiliteit garandeert bij het rechtdoor skiën maar het moeilijker maakt om goed door de bochten te gaan. De parabolische ski daarentegen heeft een korte radius, waardoor hij makkelijker door de bochten gaat, zij het ten koste van de stabiliteit bij het rechtdoor skiën. Ski's met een te korte radius vertonen een slecht gedrag op steile hellingen: het is een stijve ski die enkel rust op de tip en de tail, zonder dat het midden van de ski de sneeuw raakt. De radius is afhankelijk van de lengte van de ski en van de breedte van de tip, het midden en de tail.

Buigzaamheid

Dit verwijst naar de soepelheid van de ski of het snowboard in de drie voornaamste punten: tip, midden en tail. Met andere woorden: het geeft aan hoe flexibel uw materiaal is. De combinaties van flexibiliteitswaarden zijn zo talrijk als de gamma's en programma's aangeboden door de fabrikanten. Het skimateriaal moet soepel zijn om figuren te realiseren, terwijl stijfheid essentieel is om snelheid te ontwikkelen.